Niño de Elche
Cante a lo Gitano

Niño de Elche’s duivelse flamencokunst
Niño de Elche is niet zomaar een flamencozanger, maar een performer die traditionele grenzen verlegt met rap, jazz, poëzie, elektronica. Cantaor in hart en nieren gaat hij prikkelende experimenten en samenwerkingen aan met dansers als Rocío Molina, Israel Galván of theatermaker Angélica Liddel.
Niño de Elche beheerst het klassieke flamencorepertoire tot in zijn vezels, en neemt het als een ware ‘flamenco cowboy’ genadeloos maar liefdevol onder handen in provocatieve performances en geëngageerde teksten. Met Cante a lo Gitano werpt hij een onorthodoxe blik op de flamencotraditie. Hij wordt begeleid door de veelgeprezen gitarist Emilio Caracafé.
Cante a lo Gitano is het laatste album van Niño de Elche, een eigenzinnige vertolking van het erfgoed van de legendarische zigeunerzanger Manuel Torre (1880-1933), van wie werd gezegd dat hij ‘de ingewanden uit je haalde, het bloed uit je lijf deed wegstromen’ als hij inspiratie had. Van hem is ook de beroemde uitspraak: ‘tó lo que tiene soníos negros, tiene duende’, ‘alles wat zwarte klanken heeft, heeft duende’, die dichter Federíco Lorca inspireerde tot zijn essay Teoría y juego del duende.
